Peter van Gucht & Fabio Bono – De Rode Ridder 286. De bloedverwanten. Standaard Uitgeverij, 2025. 40 pagina’s. € 7,99

Johan is met Giganta onderweg naar het Byzantijnse Rijk op zoek naar Merlijn. Onderweg, in de buurt van de stad Laodicea, worden ze overvallen door een wolk sprinkhanen. Als ze die overleefd hebben en in de stad aankomen, blijken de sprinkhanen slechts een deel van het probleem. De strategos (gouverneur) Doukas wil de hulp inroepen van de Rode Ridder. De Arabische kalief Al-Hakim, wil namelijk de stad innemen en heeft hulp gezocht bij een tovenaar die in een piramide huist. Deze Ad-Darazi blijkt over bijzondere magische krachten te beschikken. Johan en Giganta krijgen hulp van Nenna. Zij is uitverkoren om een magisch amulet te dragen waarmee ze meer ziet en weet dan anderen. Johan, Giganta en Nenna trekken de woestijn in om de piramide van Ad-Darazi te verkennen en wellicht veroveren. Maar dat is niet eenvoudig, want de tovenaar beschikt over veel macht. Als Johan en Nenna in de piramide weten in te breken, blijkt dat hij die macht ontleend aan een mummie die een toverstaf oplaadt. Die staf moeten ze dus te pakken zien te krijgen. En de mummie moeten ze zien uit te schakelen. Daar komen Johan en Nenna bijna toe, als de mummie zijn ware identiteit onthuld en het verhaal een radicale draai maakt.

Een Rode Ridder-verhaal waarin we weer met veel exotisme en magie geconfronteerd worden als lezer. Maar het verhaal is verder niet onaardig, hoewel ook niet heel bijzonder. Al bij al een middelmatig avontuur van de Rode Ridder.